vrijdag 1 augustus 2014

Victoria 2


Onze laatste volle dag in Canada brengen we ook nog door in Victoria. De stad die bekend staat als “Bloemenstad van Canada” vanwege de kleurige bloemperken die je overal ziet. Het heeft een mooie natuurlijke haven , Engels aandoende winkelstraten, veel musea, tal van gezellige barretjes en eetgelegenheden en  een prachtig parlementsgebouw. Ook Fairmont heeft hier een naam hoog te houden met het statige Empress Hotel.

 
Langs de haven is het een komen en gaan van straatartiesten. Locals proberen er middels tekenkunst, brei- en en houtsnijwerk een centje bij te verdienen. Levendigheid genoeg!! Piet had iets gelezen over “The Butchart Gardens”, net buiten Victoria. Daar zijn we aan het eind van de ochtend heen gereden. Deze tuinen (een soort Keukenhof van Canada) zijn privé bezit van ene familie Butchart. Het is er werkelijk schitterend!! Mooi aangelegd en keurig onderhouden. Zeker de moeite van het bekijken waard.


Halverwege de middag zijn we weer terug in Victoria en vermaken we ons nog een paar uur in de stad. En dan zit ons laatste vakantiedag in Canada er ook op. Morgen varen we met de ferry over naar het vaste land, brengen de auto terug en vliegen vervolgens weer naar Nederland. Wát hebben we genoten van dit schitterende en gastvrije land. Er was er in één woord geweldig!! Maar natuurlijk is het na 4 weken ook weer lekker om naar huis te gaan, om iedereen weer te zien en te spreken. Leuk dat jullie ons wilden volgen via dit blog! Tot snel in Nederland xx

donderdag 31 juli 2014

Victoria


Op naar onze laatste bestemming van deze vakantie. We rijden een groot deel langs de kustweg richting het zuiden van Vancouver Island. Onderweg komen we door veel plaatsjes. Ook hier veel bos en bergen.  Af en toe stoppen we voor een bakkie koffie of om even van het uitzicht te genieten.

 
Halverwege de middag arriveren we in Victoria. Wat een leuke en gezellige stad is dit weer…. Met de plattegrond in de hand beginnen we richting de haven en belanden daar bij Fisherman´s Wharf. Dit gedeelte ligt vol met gekke, leuke en ongewone woonboten en drijvende eetgelegenheden. Het is er gezellig druk op de kade maar ook op het water. Taxi-bootjes varen af en aan. De kanoverhuur doet goede zaken en ook de watervliegtuigjes zijn in trek.




Tegen de avond lopen we een stukje door het centrum voor een eerste indruk. En natuurlijk vergeten we de inwendige mens niet. Bij een Ierse Pub gaan we om voor Fish en Chips. Met een Italiaans ijsje toe komen we qua eten alweer behoorlijk richting het Europese gevoel.

woensdag 30 juli 2014

Campbell River


Omdat het gisteren al donker is als we in Port Hardy aankomen besluiten we er vanmorgen nog even rond te wandelen. Port Hardy is een gezellig havenplaatsje ten noorden van Vancouver Island.
 
Al lopend ontdekken we een groot aantal adelaars. Het kost nogal wat moeite om deze mooie beesten op de foto te krijgen. Meestal zijn ze net te snel of te ver weg, maar deze keer kunnen we heel dichtbij komen. Helaas is het licht  niet “je van dat”, we staan precies aan de verkeerde kant en kunnen niet naar de andere kant. Evengoed zijn het toch wel een paar leuke plaatjes geworden.

Qua weer gaan de temperaturen flink omhoog, de zon staat hoog aan de hemel. Onderweg naar Campbell River rijden we langs Port McNeill, ook al zo´n leuk vissersdorp. We lopen er even langs de haven en komen daar dit exemplaar tegen. Hevig op zoek naar een lekker visje.

De route gaat ook deze keer langs veel bergen en bossen met mooie vergezichten. Aan het einde van de middag komen we aan in Campbell River. Dit ligt halverwege de oostkant van Vancouver Island en is een middelgrote plaats. Na het eten van een lekker visje lopen we ook hier nog een rondje om het één en ander te bekijken.



 

dinsdag 29 juli 2014

Port Hardy


Gisteravond zijn we alvast in gaan checken bij de haven van Prince Rupert. Een super ingeving blijkt achteraf want dat scheelt vanmorgen een hoop tijd. Om 05:00 uur ging de wekker al voor de overtocht naar Port Hardy op Vancouver Island. Het belooft een lange dag te worden, al met al duurt de overtocht maar liefst 16 uur. Met onze instapkaarten kunnen we zo de boot op rijden. Daarna zoeken we een plaatsje op het passagiersdek. De tocht gaat grotendeels langs de kustlijn van British Columbia. Een prachtig bergachtig en ruig gebied.

 
Het doet ons een beetje denken aan Noorwegen, al was dat nog ruiger. Er schijnen hier o.a. veel orka’s, walvissen, zeearenden, en adelaars voor te komen. De adelaar zien we inderdaad een paar keer voorbij komen en ook worden er walvissen gesignaleerd. Wij zien er ééntje, maar helaas wel heel ver weg. Voor het tweede exemplaar zijn we net te laat. Qua weer treffen we het, de zon schijnt uitbundig waardoor we veel buiten kunnen vertoeven.




Aan boord zijn behoorlijk wat Nederlanders waar we af en toe een praatje mee maken. Keurig op tijd komt de veerboot aan in Port Hardy en om precies 23:30 uur rijden we de auto van boord. Het hotel ligt  7 km verderop, daar zijn we dus heel snel.

maandag 28 juli 2014

Prince Rupert


Na het kabbeldagje van gisteren hopen we vandaag wat meer reuring te hebben. Nou dat krijgen we….. Nog niet koud in de auto ziet Piet een beer (nr.12) langs de kant van de weg lopen.We schieten een paar plaatjes en rijden verder richting het Indianandorp Moricetown. Dit plaatsje staat bekend om het feit dat de plaatselijke bevolking nog zalmen vangt met speren. We zien ze inderdaad vissen, alleen de speren zijn inmiddels wel vervangen door schepnetten. Ongelofelijk hoe gemakkelijk dat gaat, de ene vis na de andere wordt uit het water gehaald.
 
De zalmen worden gelijk schoongemaakt en op een vuurtje gaar gegrild. Het ruikt heerlijk!! Ondanks dat de zalmtrek nog niet is begonnen zien we er toch regelmatig ééntje die omhoog probeerd te springen. We zouden er uren naar kunnen kijken maar we moeten door. Nog maar weer ingestapt zien we een andere auto langs de kant van de weg staan. Er gaan gelijk alarmbellen rinkelen, misschien loopt er een beer? En inderdaad zien we beer nr. 13 in het hoge gras lopen. Tjonge wat een geluk!! Na dit spectakel rijden we naar Hazelton, het dorp waar de Gitksan Indianen wonen. Iets  buiten het dorp is “Skan and the northwestern national exhibition centre”. Een  reconstructie  van een Gitksan indianendorp uit 1872.


We bezoeken er ook het museum; leuk!! Iets verderop moet het dorp Gitwangak liggen. Een ander Indianendorp. Je schijnt daar via een korte trail naar toe te kunnen lopen en dat doen we ook. Tenminste dat proberen we. Na verschillende paden te hebben gelopen komen we niet uit bij het bewuste dorp maar bij een beekje en daar staan we oog in oog met deze grote jongen (of meid)…….

Even schrikken maar wel schitterend natuurlijk!! We zijn zo euforisch over onze “berenvangst” dat we de Indianendorpen laten voor wat het is. Langs de Skeena rivier rijden we door Terrace, een vrij grote stad. En vervolgen onze weg naar het eindpunt Prince Rupert. In de tussentijd komt er ook nog een vos de weg overgestoken, die kunnen we ook afvinken van ons wildlife lijstje. Wát een heerlijke dag weer.

zondag 27 juli 2014

Smithers


TomTom laat ons zien dat we 370 km richting het noorden gaan. Om precies te zijn, over 369 km moeten we rechtsaf en dan zijn we bijna bij ons volgende hotel. Eén rechte weg dus…. De eerste 150 km zijn ronduit slaapverwekkend. We zien bomen, bomen, bomen én bomen….dennebomen in alle soorten en maten, berkenbomen, sparren, loofbomen enz. enz.

We hebben tijdens al onze reizen al heel wat bossen en oerwouden gezien maar zoveel bomen als hier zagen we nog nooit. Er lijkt geen einde aan te komen.  Daarnaast  is er ook weinig mogelijkheid om even te stoppen om iets te bekijken of te wandelen. Het eerste dorp dat we na 150 km tegenkomen is Vanderhoof en daarna volgen er meer; Fraser Lake, Burns Lake, Houston en Telkwa. Stuk voor stuk kleine dorpen, leuk om doorheen te rijden maar dan heb je het ook wel gehad. Tussen de dorpen door wordt de omgeving weer wat mooier. We zien weer bergen en mooie vergezichten.


Het dorp Telkwa moet schilderachtig zijn, lest best dus….maar ook dat valt tegen helaas. “Misschien bedoelen ze dat het geschilderd moet worden”, maken wij er lachend van. Smithers is een gezellig dorp in de Bulkley vallei. Ooit was Smithers het hoofdkwartier van de Grand Trunk Pacific Railway (wat nu de CNR Northline is). Nadat we zijn ingecheckt rijden we naar de Twin Falls iets verderop. Daar wandelen we stukje naar boven om van het mooie uitzicht te genieten.





 

zaterdag 26 juli 2014

Prince George


Na een karig ontbijtje maar met de zon aan de hemel vertrekken we vanmorgen van 100 mile House richting Prince George. Net als gisteren is het onderweg glooiend en bosrijk. Op sommige stukken kun je oneindig ver kijken. Het landschap is hier weer zó anders dan een paar dagen geleden.


 
Duidelijk is dat ze het hier moeten hebben van de houtindustrie want we komen honderden bakbeesten van vrachtauto´s met bomen tegen.


Piet ziet gelijk mogelijkheden qua openhaardhout maar dat is een beetje veel van het goede. We rijden langs Lac La Manche, Williams Lake, Quesnel en kunnen een bezoekje brengen aan Barkerville Historic Town (de gerestaureerde goudkoorts hoofdstad van Cariboo uit het jaar 1860). Hoe leuk het ons ook lijkt, de historische stad slaan we over. We moeten er dik 160 km voor omrijden en dat vinden we best een eind. Dan gaan we liever het centrum van Prince George in want dat schijnt best een grote stad te zijn. Als we om 15:00 uur bij ons hotel aankomen ben ik zomaar een jaartje ouder geworden. Dat is raar zo midden op de dag, maar in Nederland is het op dat moment 00:00 uur. Als we de Canadese tijd aanhouden en die erbij optellen ben ik dit keer 33 uur jarig……. Daar drinken we samen aan de bar een lekkere borrel op!!


Prince George blijkt later trouwens niet “the place to be” te zijn. Geen leuk centrum, geen leuke winkels  en/of barretjes. Gelukkig zit er naast ons hotel een prima eetgelegenheid waar we na een verfrissende douche heerlijk eten en nog een extra wijntje nemen op een mooi nieuw levensjaar!

vrijdag 25 juli 2014

100 Mile House


Dat was even afkicken gisteren. Geen telefoonverbinding, dus ook geen mogelijkheid om te sms’en en een internetverbinding die het meer niet deed dan wel. Ons schattige huisje stond bovenop een berg én het slechte weer zullen daar samen wel de oorzaak van zijn geweest. Op zulke momenten besef je dat je toch redelijk “verslaafd” bent aan al die luxe. Maar vandaag kunnen we, of liever gezegd kan ik, mijn hart weer ophalen. Het regent nog steeds als we vanmorgen wegrijden op weg naar 100 Mile House. Het eerste stuk rijden we een beetje met “gevaar voor eigen leven”…. De bergweg naar beneden is behoorlijk onbegaanbaar.  Overal grote keien waarschijnlijk door “modderstromen” van die nacht en bomen die half over de weg hangen, klaar om om te vallen zeg maar. Piet zijn chauffeurskunsten pakken goed uit want de auto is nog heel en wij ook! Als we met de veerpont over de rivier zijn gebracht worden de wegen gelukkig beter. We rijden berg op, berg af, langs heuvels en valleien.
 
Langs boerderijen, houtverwerkingsbedrijven en enorme bossen met honderden meren. Ook hier is het weer prachtig. Ons onderkomen ligt iets buiten 100 Mile House wat vroeger eigenlijk door de toenmalige bonthandelaren  Bridge Creek House werd genoemd. In de middag wordt het wat droger en besluiten we eerst een aantal historische gebouwen te bekijken bij 108 Heritage Site waaronder een ranch, een postkantoor en een kerk uit het begin van de 20ste eeuw. Er staat ook een “Log Barn”, dat is een schuur gemaakt van houten palen.  


Omdat het daarna echt droog wordt maken we nog een wandeling (met berenbel) door Centennial Park.



 

Clearwater

Een dagje later door de slechte verbinding......

Met gemengde gevoelens verlaten we Jasper. We rijden in westelijke richting naar Mount Robson Provincial Park. Bij het passeren van de grens van Alberta en British Columbia zetten we de tijd weer een uur terug. Vier dagen geleden moesten we een uur vooruit. We zaten een paar dagen op acht uur achterstand dan bij jullie in Nederland en nu zitten we weer op negen uur tijdsverschil. Via de Yellowhead bergpas, met een hoogte van 1131 meter één van de laagste bergpassen in de Rockies, bereiken we Mount Terry Fox provincial Park. Hier wandelen we naar de Rearguard Falls. Het korte loopje brengt ons bij de 10 meter hoge watervallen die de zalm tegenhouden tijdens de zalmtrek.

 
Daarna rijden we door het plaatsje Valemount. Dit is een klein houthakkersdorp maar daar merk je in het dorp zelf niets van. Er is verder ook niet veel te beleven, behalve dan dat ze speculaasjes verkopen voor bij de koffie. Mmmm  vroeg in de middag nemen we op een rustplaats lekker een bakkie en kunnen we dopen…..


Jaren geleden leerde ik in Oostenrijk van mijn vader dat het weer in de bergen zomaar om kan slaan. “Ga nooit op pad zonder zonnenbrand en een regenjas, je hebt zo het één en zo het ander nodig” vertelde hij toen. Nou pap inderdaad!! Tijdens ons koffiemomentje zochten we een schaduwplekje en was het 27 graden en nog geen vijf minuten onderweg komt er een vreselijke donkere lucht aan en keldert de temperatuur in no time naar 18 graden. Een paar tellen later barst er een donderbui los die op de zondvloed lijkt.


We moeten er zelfs de auto voor langs de kant zetten. Naast de auto hebben we ons eigen watervalletje….. Gelukkig kunnen we met een klein kwartiertje weer verder. Droog wordt het helaas niet meer. We weten nu wel gelijk waar de naam van de plaats Clearwater vandaan komt……

woensdag 23 juli 2014

Jasper´s Wildlife


We blijven nog een dagje in Jasper en starten vandaag met de “Valley of the Five Lakes Trail”. Een prachtige wandeling van 5 km in Jasper National Park.  Als je ergens beren tegen kan komen dan is het hier in dit park. Daarom staan er ook overal dit soort waarschuwingsborden.

Deze borden maken vooral mij niet helemaal gerust (en dat is zacht uitgedrukt). We willen maar wát graag een beer zien maar ik heb er wel wat wensen bij: en dat is vooral veilig zittend in de auto! Nog maar net begonnen aan de trip wil ik eigenlijk het liefst terug naar de auto. Wat als we zo een beer tegenkomen die niet zo goed gemuts is vandaag? We zijn maar samen en hebben niks om het beest af te schrikken…. Maar volgens Piet is er niks loos dus lopen we toch door. Ik loop zo gefocust dat ik me op een goed moment een halve hartverzakking schrik van een man die achter een boom vandaan komt lopen. Eerlijk is eerlijk de wandeling langs de vijf meren is inderdaad schitterend en zeker de moeite waard maar ik wil me een volgende keer wel wat veiliger voelen. Daarom gaan we nog voor we verder gaan terug naar Jasper voor de aanschaf van een berenbel (om het beest te laten weten dat we eraan komen zodat hij ons niet van schrik aanvalt) en een busje berenspray (deze kun je in noodgevallen gebruiken).


Zo, dat voelt toch wat beter! Omdat ik zo schijterig ben en Piet het niet meer ziet zitten met mij erbij beren te spotten besluiten we voor vanavond een tour “Wildlife Watching” te boeken. Lekker veilig met een gids. Daarna gaan we met de auto naar Lake Maligne. Het meer stelt niet zo heel veel voor maar wat zien we onderweg……precies: Beren!! Vier stuks om precies te zijn, geweldig!!


Maar ja wel een beetje zonde van ons geboekte tripje voor vanavond. Nu maar hopen dat we voor al dat geld dan ook nog wat wild zien? We moeten er vreselijk om lachen. Gelukkig valt het ’s avonds mee. We hebben een gezellige gids en zien uiteindelijk nog zes zwarte beren, een jonge grizzly en een aantal herten.




Eind goed al goed… we zijn flink aan ons trekken gekomen qua berenwens en de bel en spray zitten nog veilig in de tas!!

dinsdag 22 juli 2014

Jasper


We worden wakker met flinke donder en bliksem. Een blik uit het raam voorspeld niet veel goeds. Na een snelle douche lopen we wat later romantisch samen onder de plu naar het ontbijt. En een blik op de weersvoorspelling legt ons het zwijgen op. Onze verbazing is daarom groot als er iets later een sprankje licht door de wolken komt. Sterker nog de zon komt door en laat zich de rest van de dag niet meer verjagen. De rit van Banff naar Jasper gaat voor het grootste deel door Jasper National Park. Wat een geweldig mooi park is dit!! We rijden door een gebied met torenhoge ruige bergen, langs prachtige meren en watervallen.

 
Het is een route van 285 km en we hebben alle twee de neiging om elke 100 meter even te stoppen voor een foto. Om er geen twee dagen over te doen beperken we ons toch maar tot de view points en stoppen we af en toe bij wat highlights zoals o.a. Colombia Icefield. Dit is de grootste ijsmassa (325 vierkante km) van de Canadese Rockies. De maximale dikte van het ijs is ongeveer 300 meter!


Er schijnen in dit gebied erg veel beren te leven maar helaas zien wij er niet één. Wel komen we deze berggeiten tegen.


Zonder twijfel vinden wij dit de mooiste en indrukwekkendste route tot nu toe, voor ons een dag met een gouden randje!!

maandag 21 juli 2014

Banff en omgeving


Het stadje Banff ligt in het hart van het eerste en meest beroemde national park van Canada. Het is hier levendig en ook in de zomer druk. In het centrum zijn ze duidelijk ingesteld op toerisme, er zijn veel eetgelegenheden, souvernierswinkels en winkels voor outdoorartikelen. Iets buiten het dorp ligt het Fairmont Banff Springs Hotel. Dit indrukwekkende Canadian Pacific Railway hotel is qua architectuur een mengeling van een Schots herenhuis en een Frans kasteel.
 
Het hotel was meer dan 100 jaar in het bezit van Canadian Pacific Railway. Als we vervolgens Lake Minnewanka willen gaan bekijken blijken we na een poosje de verkeerde kant op te rijden. Dan de plannen maar bijstellen. In plaats van morgen doen we vandaag nog een keertje Lake Louise. We wandelen er een kleine 2 km steil omhoog om het meer van grotere hoogte te bewonderen.


Dit wereldberoemde  meer is werkelijk schitterend. Al doen het eerder bekeken Lake Emerald en Lake Moraine, wat we hierna zien, er zeker niet voor onder vinden wij.